Hoewel de scheiding van haar ouders als klein meisje heel moeilijk voor haar was, heeft die ervaring Irene Janssens (53) uiteindelijk gesterkt. Ze leerde ervan dat het helpt om in elke situatie op zoek te gaan naar iets positiefs waarmee je verder kunt.
“Ik was negen toen mijn ouders uit elkaar gingen. Het kwam als een volslagen verrassing voor mijn zusje en mij; in 1976 ging er bijna niemand scheiden. Ik weet nog goed dat ik mijn moeder hielp met het inpakken van de spullen; wij verhuisden met haar mee naar Den Bosch. Vanaf dat moment zag ik mijn vader nog maar eens per maand. Sommige van mijn oud-klasgenootjes keken me ineens niet meer aan als ik bij hem was; alsof de scheiding een schande was. Het voelde raar en verdrietig dat ik de enige was wiens ouders niet meer samen waren. Mijn moeder was vastbesloten het beste van de situatie te maken, ze wilde geen partneralimentatie van mijn vader en ging fulltime aan het werk. Mijn zusje en ik werden sleutelkinderen; we kwamen elke dag alleen thuis, hielden het huis op orde en lieten de hond uit. Dat vonden we heus niet altijd leuk, maar het maakte ons wel zelfredzaam en verantwoordelijk.
Ik ben pas later gaan beseffen wat de scheiding van mijn ouders me heeft gebracht. Met haar keuze heeft mijn moeder ons laten zien dat je voor jezelf mag kiezen. Waarom zou je moeten blijven in een huwelijk dat je niet gelukkig maakt? Kinderen hebben er niets aan wanneer ongelukkige ouders alleen voor hen samenblijven, daar ben ik van overtuigd. Je kunt het nooit voor iedereen goed doen; dat heb ik ook van mijn moeder geleerd. Ik laat niet over me heen lopen. Als ik het ergens niet mee eens ben, zeg ik wat ik denk. Niet iedereen kan daarmee omgaan – dat vind ik niet erg. Ik hoef niet door iedereen aardig gevonden te worden. Ook tegen mijn dochters Lois en Loren heb ik dat vaak benadrukt: je hebt genoeg aan een paar echte vriendinnen die je waarderen om wie je werkelijk bent.
Er zijn vroeger ook wel periodes geweest waarin mijn eerlijkheid in mijn nadeel werkte. Toen mijn moeder op mijn 15e een nieuwe partner kreeg, met wie ik het echt niet kon vinden, besloot ze dat ik beter bij mijn vader kon gaan wonen. Dat was inderdaad beter, want ik ging geen enkel conflict met hem uit de weg. Maar ik vond het wel confronterend dat zij die keuze voor mij maakte, dat had ik liever zelf gedaan. Mijn vader had inmiddels ook een nieuwe relatie en hield zich niet zo met mij bezig. Ik voelde me best eenzaam in die tijd en was steeds vaker bij mijn toenmalige vriend in Den Bosch. Op mijn 18e ben ik bij hem gaan wonen.
Als ik op mijn jeugd terugkijk, heb ik van de verdrietige ervaringen vooral veel geleerd. Bijvoorbeeld hoe je jezelf door moeilijke momenten heen sleept. Even bij de pakken neer zitten mag, maar je moet ook weer verder. Door te praten over je gevoel en vervolgens op zoek te gaan naar lichtpuntjes en gezelligheid, ga je je vanzelf beter voelen. Ik ben er sterk door geworden. Ik heb ook ervaren dat veel dingen vanzelf beter worden als je ze wat tijd geeft. Mijn moeder is uiteindelijk hertrouwd met een andere man met wie ik het heel goed kan vinden. Onze band is heel goed. Zelf heb ik al lange tijd een stevige relatie met Duncan, hij waardeert mijn eerlijkheid. Trouwen hebben we nooit gewild, die poppenkast is aan ons niet besteed. Onze dochters verbinden ons meer met elkaar dan een huwelijk ooit zou kunnen.”